12 MEI 2020
FILIPIJNEN
Gemeente helpt doofblinde zuster tijdens pandemie
Zuster Cynthia Pablo (64) is een ongedoopte verkondigster die de gebarentaalgemeente Panghulo op de Filipijnen bezoekt. Ze is doof en blind en heeft niet veel te besteden. Ze woont in een dichtbevolkt deel van Valenzuela City bij familieleden die geen Getuigen zijn. Hoewel Cynthia’s omstandigheden niet makkelijk zijn en haar situatie door de pandemie nog lastiger is geworden, zorgen de broeders en zusters in haar gemeente heel goed voor haar.
Vanwege haar leeftijd heeft Cynthia een hoger risico om ernstig ziek te worden van een besmetting met het coronavirus. Door de pandemie zijn er in haar gebied watertekorten ontstaan, waardoor het lastig is voor haar om haar kleren te wassen. Vóór de gezondheidscrisis hielpen zusters in haar gemeente daarbij, maar door de huidige overheidsrestricties is dat niet meer mogelijk.
Broeder Walter Ilumin, een ouderling in haar gemeente, kreeg van de plaatselijke overheid een speciale vergunning, zodat hij zijn huis mag verlaten om voor Cynthia te zorgen. Die vergunning wordt alleen gegeven aan personen die noodzakelijke diensten verlenen. Naast het wassen van haar kleren brengt Walter haar ook eten en andere noodzakelijke dingen. Hij houdt zich strikt aan de plaatselijke richtlijnen en alle instructies van de overheid, zoals het dragen van een mondkapje en andere beschermende middelen en het vaak wassen van de handen.
Om de broeders en zusters te bedanken neemt Cynthia korte videoboodschappen op waarin ze haar dankbaarheid uit. Broeder Ilumin laat de filmpjes vervolgens aan de gemeente zien.
Deze ouderling gaat ook steeds naar haar toe om de gemeentevergaderingen die via videoconferencing worden gehouden, te vertalen via vierhandengebarentaal. Dankzij die hulp kan Cynthia geregeld antwoord geven tijdens de Wachttoren-studie. Haar deelname aan de vergaderingen in deze moeilijke periode is opbouwend voor iedereen die meekijkt.
We zijn ervan overtuigd dat Jehovah blij is te zien dat zijn aanbidders troost en hulp geven aan elkaar, ‘en dat des te meer naarmate we de dag dichterbij zien komen’ (Hebreeën 10:24, 25).